Binnen de JGZ kennen we allemaal het beeld van de zuigflescariës. Hoewel borstvoeding vaak
als onschuldig wordt beschouwd in het veroorzaken van tandbederf, hebben internationale
studies laten zien dat kinderen die langdurig borstvoeding krijgen toch een hogere kans
hebben op gaatjes. Deze studie onder Rotterdamse kinderen toont aan dat onafhankelijk van
sociaal-economische positie en koolhydraatinname, borstvoeding na twaalf maanden
samengaat met tandbederf op de leeftijd van zes jaar. Mogelijk speelt (te) frequente
voedselinname een rol.
Wat is van belang voor de interpretatie van de resultaten?
Ook al toont de studie aan dat kinderen die langdurig borstvoeding kregen vaker gaatjes hebben, hoeft dit niet te betekenen dat de borstvoeding deze gaatjes ook daadwerkelijk heeft veroorzaakt. Andere factoren die samenhangen met langdurig borstvoeding geven zouden mee kunnen spelen.
Het zou bijvoorbeeld kunnen dat de kinderen vaak in de nacht dronken, of naast de vaste voeding nog erg frequent borstvoedingsmomenten hadden, waardoor de tanden tussen de
voedingsmomenten door niet kunnen herstellen. Of dat moeders die hun kind na 12 maanden
borstvoeding geven, dit doen direct voor het slapen gaan, zonder de tandjes met fluoride
bevattende tandpasta te poetsen. De relatie tussen langdurig borstvoeding geven en tandbederf
wordt dan niet verklaard door de borstvoeding zelf, maar wel door de andere gewoontes
rondom mondhygiëne die samengaan met het langdurig borstvoeden.
Wat kan de JGZ hiermee volgens de Stippel-Brigade?
Dit onderzoek vond dat langdurig borstvoeding geven samenhangt met een hogere kans op
tandbederf op de leeftijd van zes jaar. De populatie is goed vergelijkbaar met de JGZ-populatie. In tegenstelling tot eerdere studies, kan de relatie tussen borstvoeding en tandbederf niet volledig verklaard worden door sociaal-economische status of suikerinname.
Dit artikel laat duidelijk zien dat tandbederf vaker voorkomt bij kinderen die opgroeien in een
gezin met een minder gunstige sociaaleconomische positie en bij kinderen die in de nacht
flesvoeding krijgen. Het is belangrijk voor JGZ-professionals om bij deze groepen extra alert te
zijn op mondgezondheid. Ook bij borstvoeding is het belangrijk om je te houden aan de
algemene tand hygiëneregels, zoals: maximaal 5-7 voedingsmomenten (en vanaf 2 jaar liever
niet meer dan 5 voedingsmomenten), niet te veel toegevoegde suikers, tandenpoetsen vanaf de
eerste tanddoorbraak met fluoride houdende tandpasta, en het bezoeken van de tandarts vanaf
het eerste tandje.
Lees de hele publicatie van de Stippelbrigade